Het baasje van de protestantse kerk suggereert ook dat hij twijfelt, maar toch
“God spreekt wat mij betreft vooral door teksten die sterk zijn, echt sterk zijn, die mij overeind houden, de wereld overeind houden en – dat geloof ik ook – de kerk overeind houden. De kerk heeft ook iets geruïneerds.
Echt sterk zijn en ook nog ‘es de kerk overeind houden? Is dit niet precies wat de ontologische drogreden, wat het transionele denken voorschrijft?
“Ik denk dat woorden als dood, duivel en hel veel meer raken dan de omzwachtelde, abstracte woorden, die je al te vaak in de kerken hoort.
Maar de duivel is toch juist het duidelijk verkeerde idee? Raakt het? Ik zou niet weten hoe. Raakt het mensen die zich christen noemen? Wat doet dat witte konijn jou nou?
“Er dient zich ‘iets’ aan in de gedichten en de muziek waarvan ik hou. Zo is het geloof ook. Voor mij is dat ‘iets’ Christus. Hij dient zich aan. Niet als iets wat ik moet bewijzen of verdedigen, maar als een realiteit. Het is iets dat zich zelfs door de barrières van de tijden heen aan mij voordoet. Dat is de mystieke kern van mijn leven. Dat is voor mij een realiteit, maar die is niet te bewijzen. Het gaat erom je daar ontvankelijk voor op te stellen.
Als een realiteit. Volledig te verwarren met “die echte dingen.”
Gerrit-Jan Kleinjan – http://www.trouw.nl/tr/nl/5091/Religie/article/detail/4317685/2016/06/10/Bachs-geloof-is-mijn-geloof.dhtml 10 juni 16