Dit gaat ons toch niet boven de pet?
“Die mensen leven dus alsof hun psychologie hen overkomt! Alsof ze niets te zeggen hebben over hun ideeën!
Vind je dat ook niet meta-absurd?
Filosofie is dan ook: leren van ideeën. En leren van ideeën is weer: leren leren.
Of anders verwoord: we leren door ons onvoorziene ideeën eigen te maken, d.w.z. we worden aan de lopende band – we zijn de hele tijd blootgesteld – aan van allerlei invloeden (zoals waarnemingen en belevenissen, maar ook “nieuws” in de zin van “wetenswaardigheden” die huidige ideeën kunnen bevestigen maar ook makkelijk kunnen beïnvloeden, maar ook gesprekken), maar voor ons is “iets leren” vooral een fenomenologisch spectaculaire/opvallende gebeurtenis die we eigenlijk niet anders kunnen interpreteren dan als betekenisvol.
Leren leren kán dus ook worden beleefd als “just another way of learning something..” Terwijl het fenomeen leren zelf in feite / in wezen betekent, ik bedoel hier vooronderstelt en dus ook impliceert “dat je als persoon beïnvloed wordt op een wijze die je niet goed had kunnen voorspellen, althans niet op het niveau van de ervaring en de “persoonlijke/persoonlijkheidsconsequenties.”
Het saillante is dat we dit intuïtief inzien/doorgronden – dat nieuwe ideeën onze persoonlijkheid zelf (moeten) beïnvloeden – want zo’n typisch veelgenoemd onderscheid tussen vmbo-havo-vwo-gym is de (toenemende) mate waarin leerlingen open staan voor “eventuele inzichten” (geframed als “kennis”) onafhankelijk van de relatie met de leraar. Op het vmbo lijkt de relatie een voorwaarde, op het gym lijkt de relatie gebaseerd op.. inhoud – wat we vaak niet als “relationeel” beschouwen, maar laten we zeggen: de relatie wordt vooral bepaald door de gemeenschappelijke meta-ideologie (ik wil graag leren, want ik begrijp dat er nog heel veel te leren is), terwijl op het vmbo duidelijk zou moeten zijn [voor de leraar] dat de leerling zichzelf niet als een leerling beschouwt of wenst te beschouwen. Op z’n minst eist/verwacht de leerling van de leraar een reden om hem te vertrouwen, want duidelijk is [intuïtief]: die leraar gaat impact op je hebben.
Dit is natuurlijk geen vergezocht wantrouwen, eerder een natuurlijke vraag/eis [request] passend bij de intuïtieve overtuiging/gewaarwording/ervaring dat áls iemand de rol heeft om jouw persoonlijkheid te beïnvloeden, je dan wél zeker wil weten dat je in goede handen bent. Het lijkt dus dat iemand die meer ervaring heeft met het zich eigen maken van nieuwe ideeën (wat we meestal als intelligentie ervaren), minder voorzichtig is ten aanzien van de bron: mogelijk is er sprake van een groter ego (in de zin van een groter zelfvertrouwen qua leren) of telt de psychologische impact meer (nieuwsgierigheid) of negeert men de bron in zekere zin: omdat die geacht wordt irrelevant te zijn.
De mogelijkheid van iets leren moet dus samengaan met het inzicht dat je kunt leren – de zogenaamde growth mindset, die vanzelfsprekend óók de vorm van zelftwijfel kan aannemen – de fixed mindset.
Maar een growth mindset vooronderstelt meer: het zou erg vreemd zijn te vooronderstellen dat dit inzicht níet van toepassing kan zijn op leren tot de 2e macht: het idee dat het leren zélf (in positieve zin) beïnvloed kan worden. Toegegeven, een dergelijk idee hoeft niet altijd/gegarandeerd beleefd te worden als een doorbraak op een hoger niveau – of bijvoorbeeld “op alle niveaus tegelijk” (i.e. in de vorm van een meta-meta-idee) – mogelijk omdat “consequentiële inzichten” (baanbrekende ideologische implicaties) uitblijven, maar dat staat óns niet in de weg ons te realiseren dat een “growth mindset” hermeneutisch werkt: dat we onze persoonlijkheid kunnen beschouwen als een constellatie (niet een verzameling) van ideeën.
Wat voor een fundamentalistische persoonlijkheids-“oplossing” kan “opteren..” door heterogene ideeën stelselmatig af te wijzen: je mag er dus niet mee in aanraking komen, wat we natuurlijk als een tragedie kunnen beschouwen, maar strikt genomen “klopt met wat wij zijn – conceptuele wezens.” Wat natuurlijk dan weer niet klopt: de claim dat de arbitraire ideologie (“het fundament immers”) als enige waarheid kan gelden. Dat maakt het dan ook “verticaal incoherent,” d.w.z. zelfondermijnend/zelfdestructief. Maar we weten allemaal hoe mensen reageren als ze “in hun hemd staan.”
Dan worden ze boos en hebben ze de onhebbelijke maar theoretisch natuurlijke neiging je te vermoorden (of monddood te maken): het toepassen van geweld suggereert immers “de boel beter op een rijtje hebben,” terwijl over het algemeen ge[we]ld wordt vereerd door diegenen die “de boel juist geenszins op een rijtje hebben.” Natuurlijk kun je het leven framen als “topsport” en het leven zo opzetten dat iedereen een soort ondernemer moet worden – in zo’n cultuur telt geld als eer en het accumuleren van geld (eer) als “de boel op een geweldige rijtje hebben.”
Je kunt het leven inrichten als gladiatorengevecht: dan is eer slechts weggelegd voor een select mannelijk gezelschap.
Maar de enige rechtvaardiging voor dergelijke arbitraire ideologieën, is het handhaven van dergelijke arbitraire ideologieën. Onzinnigheid, kortzichtigheid, domheid, idioterie, er is maar één mogelijke rechtvaardiging en dat is: als je niet meedoet, slaan we je dood. (Overigens zijn er meer rechtvaardigingen mogelijk: misschien bestaat er algemene behoefte aan (tijdelijke) domheid, maar die moet dan wél adequaat worden vormgegeven. Of er is angst voor inzichterij: eh.. Planet of the Apes. Of wacht: men kan natuurlijk over het hoofd zien dat de betreffende ideologie op een metaniveau niet te rechtvaardigen is – en proberen te blijven denken dat het de Enige Waarheid móet zijn – wat in mijn ogen zo prachtig verklaart waarom het Rooms-katholicisme zo haast totaal de ogen kan sluiten voor alles wat je als consequentie van die manier van denken kunt beschouwen:
Immers, als jij de enige bent die het (enigszins) snapt, dan is dát snappen van zo’n overstijgend groot belang – het behoud van dat whatever inzicht – dat alles wat er eventueel nog kleeft aan problematiek, als “peanuts” moet worden beoordeeld en ervaren.
Neem even een heldenfilm als voorbeeld: over het algemeen krijgt de held een inzicht dat is voorbehouden aan bijzondere individuen, maar dat inzicht moet vervolgens wél worden verzilverd/gedeeld/omgezet in een concrete positieve uitkomst: aangezien het redden van de wereld / het universum / alles ook zo’n beetje alles mag kosten..
.. Tsja één tienerverkrachting meer of minder staat dan natuurlijk in geen enkele verhouding: collateral, inconsequential, sub specie aeternitatis homo sapiens “mostly harmless.”