Need to know nice to know?
In de kunstfilosofie leeft de vraag of je voor het begrijpen van een kunstwerk de kunstenaar beter moet begrijpen. Dat zou immers betekenen dat je bijvoorbeeld haar autobiografie zou moeten lezen.
Dat lijkt een te zware eis. Net zo goed zitten jullie niet te wachten op mijn persoonlijke worstelingen die verklaren waarom ik denk wat ik denk. Tegelijkertijd kun je geraakt worden door de inspiratiebron die iemand noemt en treedt dat op de voorgrond: wordt het duidelijk dat die gebeurtenis of die film of die droom een aardbeleving of een lawine van openbaringen heeft gegenereerd.
Maar als allerlei zeer persoonlijke situaties de hele gedachtenwereld opbouwen dan is het ook heel vreemd daar helemaal niets over te zeggen.
De kern van de hele socratische exercitie is erachter te komen waarom je denkt wat je denkt en dat dat aan elkaar hangt van de geïnternaliseerde overtuigingen die naar binnen zijn geslopen, de abstracties die je zelf bent gaan uitproberen, het na-apen en aanpakken van elkaar: de motivationele kanten van de dingen waar je in bent gaan geloven om jezelf een persoonlijkheid te kunnen vormen voor jezelf, maar vooral ook voor de anderen. Zonder anderen geen zelf, zonder zelf zat anderen, maar wel weer zoveel onbegrip.
Dat was het idee dat je “beuwstzijn” een poging is om het “beuwtsijnz” om je heen, hoe onebwust dat dan ook zij, te doorgronden. Dus we ontwikkelen ons bewustzijn (i.e. de representatie van een samenhangend zelf dat gedreven wordt door gevoeligheid) bij de gratie van ons gebrek aan kennis over hoe de ander in elkaar steekt: we verbeelden ons wat de ander zich verbeeldt, maar dat betekent natuurlijk niet dat dat ook “klopt.” Sterker: meestal “klopt” er niets van. Maar wanneer check je dat ooit?
En als we het vragen veranderen de bewuste situatie van die ander waardoor we niet “een onbevooroordeeld antwoord” krijgen. Zoals mensen onder hypnose onkritisch reageren op “Hoe zagen de aliens eruit?” wat vooronderstelt dat ze er waren.
Waarom denken we dan toch dat die biografie niet nodig is? Omdat we denken dat waarom-vragen redelijke vragen zijn?
Ik zag een (de!) representatie van mijn psychische werkelijkheid en ik begreep ogenblikkelijk waarom ik al die problemen had gehad die ik had: in zoiets hypercomplex zitten is als wandelen door een driedimensionaal doolhof dat als een mobiele beweegt: waar je loopt beïnvloedt wat er om je heen is en bovendien: er komen telkens nieuwe stukjes bij en hoekjes die je kent worden opnieuw gemeubileerd!
Achtergrond: http://www.nu.nl/media/4275093/rad-van-fortuin-volgens-gaston-starreveld-regelmatig-invloed-opgenomen.html 9 juni 16