Hoe bouw je aan die state of mind, die een ecologie is?

Okee, okee, okee, ik ben jullie schuldig wat op je mental state de meeste invloed heeft. En dat is natuurlijk ook wat in je bewording (je bewuftzijn) zeau levendig verbeeld wordt. Bewustzijn – verbeelding. Iets komt tot je = je verzint iets.

Ik blijf me erover verbazen – Wow. Check anders het voorwoord van The Concept of Mind.

Centraal staat het (de!) idee van de context switch. Iedere ervaring krijgt betekenis door haar context, maar in zekere zin is het niet een kwestie van krijgen, maar van hebben. Stand up comedians zijn de meesters van het in beweging brengen van dit soort switchen. De term “switch” richt de aandacht op de snelheid – het immediate karakter – waarmee dit gebeurt.

Het probleem van stand up comedy is alleen dat het nog steeds gekaderd is. Dat brengt met zich mee dat de scope van de “vervoering” ook beperkt is, dwz. beperkt wordt opgepikt. Transference is duidelijk het grootste probleem van de psychotherapie, maar dat betekent natuurlijk niet dat het niet daadwerkelijk het grootste probleem van de mens zou kunnen zijn.

Ons bewustzijn, in haar scheppende hoedanigheid, en is niet de aantrekkingskracht tussen mannen en vrouwen, die ten opzichte van elkaar iets is dat voor een groot deel onbegrepen blijft, het beste voorbeeld daarvan!

 

Een van de andere pijlers van het generatieve denken is het idee dat denken vaak doelgericht is – en daardoor geestvernauwend werkt, cf. zgn. tunnelvisie. Als we brainstormen, zouden we dit los(ser) moeten laten. Dit, tezamen met het concept van het referentiekader waarbij de referenties als uit het niets het kader opbouwen, hoewel juist dit proces ook proleptisch moet zijn, genereert het idee dat, hoewel het doel haar eigen kader genereert, we geestverruimend kunnen leren denken door niet vooraf een doelstelling vast te stellen, maar de situatie te laten bepalen waar we ons mee bezig zouden kunnen houden.

Ik weet absoluut niet hoe Jean Monnet het ooit gedaan heeft, maar klaarblijkelijk (Mark Leonard) hield hij zich over van alles op de vlakte en liet hij in eerste en tweede en derde instantie heel veel vrijheid aan zijn “stormers..”

De relatie geeft gewoonlijk al meer dan voldoende richting. Laat mij een aantal situaties schetsen waarin ik mij voorstel dat traditioneel doelgericht denken (rationeel) gebruikt wordt maar beter kan:

  • Hoe leer ik beter samenvatten? Deze vraag kan alleen maar zinvol gesteld worden als er problemen mee worden geconstateerd.
  • Hoe zorg ik ervoor dat woordjes beter blijven hangen? Is het standaardantwoord niet “beter” blokken?
  • Hoe trekken we onszelf uit het moeras van de depressie?
  • Hoe blijven we blij?
  • Hoe combineren we welvaart en een gezonde leefomgeving?
  • ..

Bedenk je dat met Aristoteles rationaliteit de wending heeft genomen om zich te richten op de empirie – de wereld die zich als werkelijkheid aandient.

De kern is dat je je in de breedte en in de diepte (dwz. de hoogte) bezig moet houden met je verkenningen.

 

Persoonlijke illustratie: in de praktijk van het onderwijs word je gedwongen bondig te formuleren om ontwikkelingen “vast te leggen” in woorden in onpersoonlijke systemen, wat de expressie van je gevoel bij een situatie (je inschatting van een leerling) niet ten goede komt. Dit blijkt wel als je met iemand face-to-face “van gedachten wisselt” over een leerling. De context hier lijkt een kille rapportage af te dwingen, hoewel die bijna niet anders dan goede communicatie (het overbrengen van je inzichten over iemand) in de weg kan staan.

TED illustratie: “If a little boy leads, there’s no negative word for it; it’s expected. But if a little girl leads, she’s bossy.”

O ja, & hoe is dat niet contsextueel?

“The mind is a powerful thang, just how powerful’s only shown in books like “The drama of the gifted child..

“Specially gifted children who are sensitive, alert and have many ‘antennae’, will quickly learn to adapt to the narcissistic needs of their parents. Their behaviour will then give the mother all the mirroring, consideration and admiration which she had missed as a child herself. The result will be that, in spite of excellent performance, the child’s own true self cannot develop.

De theorie schiet vanzelfsprekend tekort, maar er zit iets in. Datgene waar wij aan refereren als “identiteit” moet iets zijn dat niet voortkomt uit “het zelf” op een Rousseauesque manier, maar wordt bij de gratie van gebrek aan zeker weten ingevuld door een creativiteit die haar eigen creativiteit niet kan beschouwen, omdat het haar identiteit zou ondergraven.

Hoe vind je dat!


Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *